Review: NASCAR 25

In dit artikel:

Casper Egas (30 okt. 2025) speelde NASCAR 25 op een Xbox Series X en beoordeelt het spel als een mix van verrassende pret en duidelijke tekortkomingen. De game heeft de officiële NASCAR-licentie, bevat vier raceklassen (Cup, Xfinity, Craftsman Truck en ARCA) en meer dan twintig circuits — vooral ovals, maar ook banen als Watkins Glen, Detroit en COTA. Voor wie onbekend is: NASCAR-races draaien veelal om lange rondjes in dikke wagens, met veel slipstreamen en nauwe duels in pelotonverband — dat levert veel spanning op, zeker in multiplayer.

De carrièremodus vormt het hart van het spel: je bouwt een team op, koopt eenvoudige upgrades en handelt sponsordoelen af. De mode is niet erg diepgaand of vernieuwend; veel opdrachten en upgrades blijven oppervlakkig en vier seizoenen kunnen eentonig aanvoelen. Kortere races zijn toegankelijk maar doen strategische elementen zoals pitstops minder gelden; langere wedstrijden kosten veel tijd, waardoor de speler moet kiezen hoe realistisch men wil spelen.

Multiplayer is de sterkste troef: online met veertig spelers in één veld levert intense, nerveuze races op waarin positie zoeken en klein foutje grote gevolgen hebben. Een beoordelingssysteem voor ‘netheid’ helpt onsportief gedrag te beperken. Besturing is relatief eenvoudig, wat de drempel laag maakt voor nieuwkomers maar mogelijk teleurstelt wie een serieuze simulator zoekt. Het schademodel is beperkt, dus de autosport blijft zuiver racen en geen Destruction Derby.

Technisch laat NASCAR 25 steken vallen: verlichting voelt klinisch, omgevingen en toeschouwers zijn verouderd en haperingen/framerate-dips zijn zichtbaar, wat het snelheidsgevoel en de immersie schaadt. Voor een prijs van circa €60 had de auteur meer polish verwacht.

Conclusie: een onderhoudende en toegankelijke NASCAR-ervaring met veel content en zeer plezierige online races, maar te weinig diepgang voor carrièrefans en zwaardere sim-spelers, en met technische tekortkomingen die de ervaring beperken.